Op 31 juli publiceerde de Commissie de definitieve rapporteringsstandaarden. Deze standaarden zijn in grote lijn gelijkaardig aan de standaarden die de Commissie op 9 juni publiceerde voor een laatste feedback ronde. We hernemen daarom onze analyse van de wijzigingen, gepubliceerd op 20 juni, met extra commentaar in het vet.
De recent gepubliceerde standaarden bevatten enkele wijzigingen ten opzichte van de publicatie van november 2022. Zo wil de Europese Commissie de rapportagelast verminderen en het toepassen van deze standaarden in de eerste jaren vergemakkelijken. De voornaamste wijzigingen zijn als volgt:
Alle thematische standaarden zijn nu onderworpen aan de dubbele materialiteitsbeoordeling. Eerder diende men de thematische standaard klimaatverandering (ESRS E1) en bepaalde toelichtingen in verband met het eigen personeel (ESRS S1) te rapporteren, ongeacht van de materialiteit van deze thema’s. Nu zijn enkel de algemene toelichtingen (ESRS 2) steeds verplicht te rapporteren. Wel schrijft de Commissie voor dat, indien het thema klimaatverandering niet materieel is, men de conclusies van de materialiteitsanalyse rond dit thema in detail moet toelichten.
Verscheidene voorheen verplichte toelichtingen zijn vrijwillig gemaakt en meer flexibiliteit is toegelaten in het rapporteren ervan.
Bedrijven moeten een inhoudsopgave opnemen met voor alle datapunten een aanduiding over waar de informatie gevonden kan worden, of dat de informatie “niet materieel” is.
De november-versie van de standaarden bevatte een beperkt aantal toelichtingen die geleidelijk ingevoerd zouden worden. De Commissie heeft deze verzameling toelichtingen zowel in juni als in augustus uitgebreid, voornamelijk door toe te staan dat ondernemingen informatie over de verwachte financiële effecten van duurzaamheidsthema’s in het eerste jaar – of de eerste 3 jaren, afhankelijk van het thema – niet rapporteren.
Voor ondernemingen met minder dan 750 werknemers bestaan er nog verdere vrijstellingen. In het eerste verslagjaar mogen zij de rapportage van de scope 3 emissies (datapunt uit ESRS E1), de rapportage omtrent “biodiversiteit en ecosystemen” en alle rapportage volgens de 4 sociale standaarden weglaten. Vanaf het tweede verslagjaar moeten de scope 3 emissies en de toelichtingen betreffende het eigen personeel (ESRS S1) wel gerapporteerd worden. Pas vanaf het derde verslagjaar lopen de rapporteringsregels gelijk met deze voor ondernemingen met 750+ werknemers, en moet dus ook gerapporteerd worden over biodiversiteit en ecosystemen (ESRS E4), werknemers in de waardeketen (ESRS S2), getroffen gemeenschappen (ESRS S3) en consumenten en eindgebruikers (ESRS S4).
Voor meer informatie over de concrete wijzigingen verwijzen we naar de webpagina van de Europese Commissie