Primeur aan de Belgische kust
Het herstellen van deze oesterriffen is een uitdaging, die alleen kan slagen door innovatieve en creatieve oplossingen. Het is de eerste keer dat een project op deze schaal in het Belgische deel van de Noordzee wordt opgezet. Om deze complexe uitdaging te realiseren slaan de overheid, industrie en wetenschap de handen in elkaar. De ingewikkelde logistiek en de gevoeligheid van de oesters aan verstoring (tijdens inzaaien, transport en installatie op zee), vraagt een diepgaande kennis van verschillende vakgebieden.
Het BELREEFS-project is op verschillende manieren uniek. Het is de eerste keer dat oesterherstel op deze schaal offshore zal gebeuren. Daarnaast wordt het herstel uitgevoerd daar waar de oesterbedden historisch voorkwamen, namelijk bij de zogenaamde grindbedden. Om de precieze locaties voor de herstelmaatregelen te bepalen, vertrekken we bovendien van heel uitgebreide monitoring van de zeebodem en andere omgevingscondities.
Verder omvat het project enkele belangrijke innovaties: zo zetten we onder andere in op het direct laten settelen van oesterlarven op geschikt substraat dicht bij de plaats waar ze in zee worden gebracht (‘remote setting’). Ten slotte zullen de oesters gedurende verschillende jaren gevolgd worden via een intensief monitoringprogramma. Zo willen we een oesterrif creëren dat zichzelf in stand houdt en bloeit en zo meehelpt om mariene ecosystemen te ondersteunen.
Aanpak in drie fasen
Het BELREEFS-concept omvat drie fasen: van het huidige grindbed, naar de installatie van oesterrifsubstraat binnen het BELREEFS-project, en in de derde fase neemt de biodiversiteit toe. Deze biodiversiteit wordt gekenmerkt door verschillende soorten mariene fauna en flora die worden aangetrokken door een zelfvoorzienend oesterrif.
Fase 1: Initieel grindbed
Fase 2: Oesterrifsubstraat na installatie
Fase 3: Zelfvoorzienend oesterrif dat de biodiversiteit ondersteunt
BELREEFS is een samenwerking tussen Jan De Nul, Instituut voor Natuurwetenschappen, Shells & Valves en Mantis Consulting. Het project wordt uitgevoerd voor de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu als onderdeel van actie T4.8 van het LIFE B4B-project (101069526).